Duif

Jachtmethoden en voedsel

De slechtvalk jaagt uitsluitend op vliegende vogels, vanaf een hoge zitplaats of vanuit een hoge cirkelende vlucht. Vaak zet hij al op meer dan één kilometer de aanval in op vogels die als prooi in aanmerking komen. Daarbij kan hij enorm versnellen en in een steile duikvlucht – met dichtgevouwen vleugels – snelheden van circa 300 km/uur en meer bereiken. Vroeger was reeds bekend dat een slechtvalk die vanaf de Dom in Keulen op stadsduiven jaagde, in een ondiepe duikvlucht een snelheid van 70 meter/sec (252 km/uur) bereikte, en in een snelle duik 90 meter/sec (324 km/uur). Niettemin is gemiddeld slechts 13% van de pogingen succesvol omdat een achtervolgde vogel zich vaak nog op het allerlaatste moment met een wending weet te redden. Af en toe, vooral in de winter, jagen beide partners van een broedpaar gezamenlijk door zich bij toerbeurt op een prooi te storten.

Als bijzonderheid kan vermeld worden dat slechtvalken in steden zich van een succesvolle en gemakkelijke jachtmethode kunnen bedienen door ’s nachts op doortrekkende vogels of vleermuizen te jagen wanneer deze langs met schijnwerpers verlichte hoge bouwwerken vliegen.

Tussen de prooiresten worden in nesten van slechtvalken hoe langer hoe meer groengeel fluorescerende veertjes teruggevonden. Zonder twijfel zijn die afkomstig van halsbandparkieten (Psittacula krameri) die zich inmiddels overal in Vlaanderen hebben gevestigd. Wie weet gaat de slechtvalk nog een belangrijke rol spelen in de strijd tegen bepaalde invasieve exoten in Vlaanderen?